Basisboek integrale veiligheid

Tijdschrift voor Veiligheid

Van ieder artikel kunt u een korte samenvatting raadplegen. Indien u toegang heeft tot de online versie van het Tijdschrift voor Veiligheid kunt u tevens doorklikken naar het gehele artikel.

Prins, R. en L. Cachet (2011) Integrale veiligheidszorg en de burgemeester.
Tijdschrift voor Veiligheid, 10, 1, 43-58.

Van de integrale aanpak van lokale veiligheid is vooral de samenwerking tussen uiteenlopende partners echt tot ontwikkeling gekomen. Die samenwerkingsambitie binnen een integrale aanpak heeft consequenties voor de wijze waarop de burgemeester zijn∗ verantwoordelijkheid voor openbare orde en veiligheid waarmaakt. Horizontale samenwerking tussen min of meer zelfstandige veiligheidspartners blijkt gepaard te gaan met zwakke sturing en coördinatie. We constateren dat het de burgemeester tot op heden aan voldoende doorzettingsmacht – een cruciale voorwaarde voor effectieve regie – ontbreekt. Als oplossingsrichting schetsen we de contouren van een anticipatiemodel dat de burgemeester enige doorzettingsmacht biedt, in te zetten als ultimum remedium om patstellingen te kunnen doorbreken die soms eigen lijken te zijn aan integrale veiligheidszorg.

 

Terpstra, J. en M. Krommendijk (2010) Gemeentelijke regie in de veiligheidszorg. Schets van relevante factoren en een wetsvoorstel.
Tijdschrift voor Veiligheid, 9, 3, 9-20.

Bij de aanpak van criminaliteit en overlast zijn uiteenlopende organisaties betrokken, vaak georganiseerd in samenwerkingsverbanden en netwerken. Gemeenten hebben in de lokale integrale veiligheidszorg de regiefunctie toebedeeld gekregen. De uitoefening daarvan blijkt in de praktijk niet zonder problemen te verlopen. Om de sturende en coördinerende capaciteit van gemeenten te versterken bereidt het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) een wetsvoorstel voor. Dit wetsvoorstel voorziet in een wettelijke verankering van de gemeentelijke regiefunctie en geeft gemeenten doorzettingsmacht. In dit artikel laten de auteurs zien dat het wetsvoorstel onvoldoende bijdraagt aan een oplossing voor de problemen die zich bij de uitvoering van gemeentelijke regie voordoen.

 

Mein, A. (2010) Uitbreiding bevoegdheden ter handhaving van de openbare orde en veiligheid. Een versterking of verzwakking van de positie van de burgermeester?
Tijdschrift voor Veiligheid
, 9, 3, 34-44.

De bevoegdheden van de burgemeester ter handhaving van de openbare orde en veiligheid zijn de laatste tijd fors uitgebreid en er is nog een aantal bevoegdheden in voorbereiding. Deze bevoegdheden moeten de burgemeester in staat stellen snel op te treden tegen ordeverstoringen en onveiligheid. Bijzonder is dat de burgemeester zijn nieuwe bevoegdheden, onder omstandigheden en voorwaarden, preventief kan gebruiken en toepassen op groepen ordeverstoorders. Ook kan hij de bewegingsvrijheid en privacy van betrokkenen flink inperken. Dit betekent dat hij terughoudend en zorgvuldig met die bevoegdheden moet omgaan. Als hij zich te veel profileert als crimefighter, verspeelt hij het vertrouwen als burgervader.

 

Knaap, L.M. van der, en S. Bogaerts (2007) Gedragsregulerende mechanismen in situationele preventie van criminaliteit. Straatverlichting en cameratoezicht als voorbeelden uit de praktijk.
Tijdschrift voor Veiligheid, 6, 3, 23-35.

 

Eijk, A. van, G. Kanning, A. Molenaar, M. Strijbos en W. Bernasco (2006) Cameratoezicht in de openbare ruimte. Weten mensen wel dat er camera’s zijn, en voelen zij zich er veiliger door?
Tijdschrift voor Veiligheid, 5, 3, 38-51.

Als mogelijke verklaring voor de geringe eff ectiviteit van cameratoezicht in de openbare ruimte wordt in dit artikel onderzocht of gebruikers van openbare ruimten zich bewust zijn van de aanwezigheid van camera’s, hetgeen een noodzakelijke voorwaarde is voor de effectiviteit ervan. Ook wordt onderzocht of degenen die veronderstellen dat er camera’s aanwezig zijn zich veiliger voelen dan degenen die dat niet veronderstellen. Uit de resultaten blijkt dat de overgrote meerderheid van voorbijgangers in twee winkelstraten niet weet of ter plekke camera’s hangen, en dat degenen die menen dat er camera’s hangen zich niet veiliger voelen dan anderen.